Tsong Kapa (Tibet Boeddha ookwel "Dalai Lama Boeddha" genoemd) in brons gemaakt in Nepal.

Tsongkhapa (Lobsang) (Kumbum (Tsongkha), 1357 - 1419) of Je Rinpoche is de oprichter van de gelugschool van het Tibetaans boeddhisme. Zijn naam betekent "de man uit de uienvallei" en zijn naam als monnik was Lobsang Drakpa. Hij werd opgeleid in de Kadamschool. De twee belangrijkste eigenschappen van de gelugtraditie zijn de eenheid van soetra en tantra en de nadruk op vinaya (morele code of discipline). Tsongkhapa werd in 1357 geboren in Amdo (noordoost Tibet). Op die plek werd het klooster Kumbum gebouwd.Vanaf zijn derde jaar werd hij opgeleid door Rolpey Dorje, de vierde karmapa, die hem de naam Kunga Nyingpo gaf. Toen hij zeven was legde hij zijn belofte af bij Chojey Dhondup Rinchen, die hem de naam Lobsang Drakpa gaf. Zijn opleiding was omvangrijk en bevatte onder andere de Zes Yogas van Naropa, de Kalachakra en werd besloten met de Mahamudra. Tsongkhapa reisde veelvuldig door het land en studeerde bij meer dan 100 leraren van alle bestaande tradities waaronder Dzogchen en hij hield lange retraites. Tijdens zijn reizen gaf hij vaak les en werd uiteindelijk een leraar. Tsongkhapa stichtte in 1409 het klooster van Ganden en was daarmee de eerste ganden tripa (1409-1419). Hier onderwees hij zijn eigen leer. Deze leer is later gelug genoemd en was gebaseerd op een combinatie van de bestaande scholen (kadampa, kagyüpa en sakyapa). Tsongkhapa heeft vele verhandelingen geschreven, toen hij in 1419 overleed, liet hij 18 verzamelingen van geschriften na, die honderden onderwerpen behandelde. Deze geschriften vormen de belangrijkste bron van studie (buiten het onderricht van Boeddha) binnen de gelugtraditie. Hij had vele leerlingen, waaronder Gyaltsab Dharma Rinchen (1364-1431) en Gendün Drub (1391-1474), die later de eerste dalai lama werd.