Nous utilisons les cookies pour vous offrir une meilleure expérience utilisateur.
Het schaap (Ovis aries) is een evenhoevig zoogdier, dat door de mens is gedomesticeerd om onder andere wol te leveren. Het is een herkauwer, nauw verwant met de geit. De soort behoort tot het geslacht Ovis, waar ook de moeflon en het dikhoornschaap toe behoren. Het mannetje wordt ram genoemd, het vrouwtje ooi en het jong een lam. Een gecastreerde ram heet een hamel; een leidinggevende hamel bij een kudde schapen of hamels draagt een bel en heet daarom belhamel. Behalve voor de wol worden schapen ook gehouden voor hun melk en hun vlees, waarbij vooral het lamsvlees wordt gewaardeerd. De schapenmaag wordt gebruikt in traditionele gerechten als tripes en haggis. Uit schapendarmen werden condooms gemaakt, en ze worden soms nog gebruikt om de snaren voor violen en andere strijkinstrumenten te maken. Langs waterkeringen was nog een heel andere functie van belang: "Vier gouden pootjes en een gouden bekkie", dat is waarom schapen op dijken geweid worden. Met hun pootjes trappen ze de grond vast en met hun bek voorkomen ze dat er struiken en bomen op de dijk groeien die met hun wortels de dijk kunnen beschadigen. Vroeger was Nederland een schapenland, nu is Australië zo'n land: Tegenover ongeveer 20 miljoen mensen staan op het zuidelijke continent 150 miljoen schapen. Bijna alle wol wordt uitgevoerd, en Australië is wereldwijd dan ook veruit de grootste wolexporteur. In Nederland werden in 2010 ongeveer 1,1 miljoen schapen gehouden.