Bear and / or bison

Bear and / or bison "American lucky symbols" in Jicoriet-Jasper (Mexico)

Indians fleece garments big

Indians fleece garments big "HAPPY FISH"

Indians fleece garments big "PROTECTION BIRD"

Nice big fleece rug comes in two designs. Bought by Navajo Indians in Arizona, but is produced in Meixico, where many Indians Products are made in connection with lower wages.
Availability: In stock
SKU
4452
Indians fleece garments big "PROTECTION BIRD" is available to buy in increments of 1

Indianen zijn de oorspronkelijke bewoners van Amerika. Columbus, die in 1492 dacht in Indië beland te zijn (het was zijn bedoeling om in westelijke richting de Atlantische Oceaan over te reizen en zo in Indië te komen), noemde de bewoners indios - indianen. Omdat de benaming "indiaan" van een westers standpunt uitgaat, zijn er verschillende alternatieve benamingen in zwang geraakt. In de Verenigde Staten introduceerde de Amerikaanse overheid en academici in de jaren 60 van de 20ste eeuw de term Native American (Nederlands: inheemse Amerikaan) voor de groepen die onder de verantwoordelijkheid van het Bureau of Indian Affairs vielen. Een bijkomende reden was de verwarring met inwoners van Indiase afkomst, die in het Engels ook Indians heten. Deze nieuwe terminologie werd echter niet algemeen gewaardeerd, omdat het werd aangenomen zonder inspraak van de betrokkenen, en omdat met deze term indianen en de oorspronkelijke bewoners van Alaska, Hawaii, Puerto Rico en de eilanden in de Stille Oceaan op een hoop werden gegooid. Uit een in 2005 door het U.S. Census Bureau gehouden enquête bleek dat bijna 50% van de indianen het liefst "American Indians" worden genoemd, terwijl iets meer dan 37% de voorkeur geeft aan "Native American". Tegenwoordig worden beide termen gebruikt. Het is opmerkelijk dat het Bureau of Indian Affairs nu de term American Indian aanwendt in plaats van Native American. De benaming First Nations/Premières Nations wordt gebruikt in Canada. In Latijns-Amerika worden de indianen officieel indígenas (inheemsen) genoemd. In de wetenschappelijke wereld spreekt men ook wel van Amerindiërs of Amerindianen. De Eskimo's (soms Inuit genoemd, al slaat dat woord strikt genomen niet op de Yupik in Alaska) worden overigens vaak (in de politiek en in de wetenschap) niet als indianen beschouwd, zij het wel als "inheemse Amerikanen". De emancipatie wat de etnische naamgeving betreft is zowel in Canada als de VS in toenemende mate een zaak van de inheemse gemeenschappen zelf, die in cultureel en politiek opzicht steeds (zelf)bewuster worden. Zo geven inheemse volken die door de Amerikaanse en Canadese overheden officieel zijn erkend en zichzelf als een volwaardige politieke en culturele staat beschouwen, steeds vaker aan niet langer (zoals in de VS) tribes (stammen) of (zoals in Canada) bands genoemd te willen worden, maar Nations (naties of staten). Tevens worden de namen die de Europeanen (of omringende inheemse volken) in het verleden introduceerden, meer en meer vervangen door de namen die volkeren aan zichzelf gaven. In plaats van Irokezen spreekt men nu bijvoorbeeld vaker van Haudenosaunee. Andere naamsveranderingen zijn onder andere Lakota (Dakota/Nakota) voor Sioux, Mexicah voor Azteken, Ñudzahui voor Mixteken en Mapuche voor Araucaniërs. "Indiaan" wordt in het Nederlands niet met een hoofdletter geschreven, omdat het niet een volk maar verscheidene etnische groepen aanduidt (net als bij zigeuners het geval is). Koning Willem I noemde destijds zijn onderdanen in Nederlands-Indië in een aantal van zijn Koninklijke Besluiten "indianen". "Inlander" werd echter de gangbare term. Bij de komst van Columbus was Noord-Amerika verdeeld in een aantal cultuurregio's. De bekendste zijn die van het uiterste noorden (Arctisch gebied) en die van de prairies in het Midden-Westen, de Great Plains. Op de Plains woonden de meeste mensen langs de rivieren en waren boer. In het oosten en zuidwesten van Noord-Amerika woonden ook boeren. De belangrijkste gewassen waren maïs, bonen en pompoenen. Deze waren oorspronkelijk afkomstig uit Mexico. Verder werden in het zuidwesten katoen en in het oosten onder andere zonnebloemen verbouwd. Tabak werd in nagenoeg de gehele huidige Verenigde Staten en het zuiden van Canada aangeplant. Het stereotiepe beeld van "de indiaan" is gebaseerd op de Prairie-volkeren uit de negentiende eeuw. Dit wil niet zeggen dat voor Columbus (zonder paarden!) geen jacht werd gemaakt op de bizon of andere dieren. Vooral in het noordelijke gedeelte van de Great Plains zijn veel zogenaamde "Buffalo Jumps". Hier erden bizons in een ravijn gejaagd, waar ze te pletter vielen. Bij de Buffalo Jump Head-Smashed-In in Alberta, Canada, is een museum gevestigd waar te zien is hoe dit in zijn werk ging.

 

De Dineh (Dinéh, Diné) of Navajo zijn een volk van Noord-Amerikaanse indianen van wie het grootste deel verblijft in Dinetah (Dinétah), het Four Corners Reservaat in de woestijnstaten van de Verenigde Staten. Bij de volkstelling van 2005 werden 338.443 Dineh geregistreerd in de Verenigde Staten. De naam die de Dineh volgens sommige bronnen van de Spanjaarden kregen en volgens andere bronnen van de Pueblo-volkeren (Navajo zou afgeleid zijn van een woord dat ‘dief van het land’ betekent), is Navajo. Deze naam wordt tegenwoordig nog door veel mensen gebruikt, hoewel het volk zelf de naam Dineh prefereert. De uitspraak is na-WA-cho, de Anglo-Amerikaanse verbastering daarvan is NA-va-ho. De Dineh stammen samen met de N'de (Apache) af van Athapaskan-volken die de Na-Dené-taal spraken, en nog altijd in centraal Canada leven. De naam Dineh lijkt dan ook veel op de benaming die de verwante Chipewyan uit Canada zichzelf gaven: Denesuline. De voorouders van de Dineh en N'de trokken rond 1500 in groten getale naar het diepe zuiden en begonnen een nomadenbestaan te ontwikkelen in de woestijn- en prairiegebieden van Arizona, Utah en Colorado. Oorspronkelijk vormden de Dineh en N'de één volk, maar om onbekende redenen heeft de groep zich gesplitst. Toen de Dineh zichzelf al jaren op de vlakten voorzagen van voedsel door schapen, bizons en landbouw, woonden de N'de nog steeds in de bergen van de San Francisco-mountains. Vanwege het droge klimaat in de woestijngebieden heeft de landbouw zich voor de Dineh nooit ontwikkeld tot de belangrijkste vorm van bestaan. Het meeste voedsel was afkomstig van de bizon, die over geheel centraal Noord-Amerika voorkwam, en de grote kudden schapen die door de Dineh beheerd werden. Zowel mannen als vrouwen werkten als schaapherders, maar de weinige gewassen die wél verbouwd werden, moesten door de vrouwen verzorgd en geoogst worden. De schaarsheid van water in de regio maakte een nomadenbestaan noodzakelijk. Om aan aanvullende voorzieningen te komen, werden de omliggende dorpen van de Tewa- en Hopi-volken in de oogsttijd met zo’n regelmaat geplunderd, dat de routes van de Dineh in het land zijn uitgesleten als paden. Net als de N'de, maar in tegenstelling tot de Pueblo, maakten de Dineh geen huizen uit klei, maar woonden ze in hogans. Deze hadden het voordeel dat ze snel ingepakt waren en makkelijk vervoerd konden worden. Normaal gesproken werden de hogans opgezet in canyons of onder steile rotswanden, waar ze moeilijk te zien waren door vijandige verkenners die bovenop de heuvels stonden. Het dagelijks bestuur werd geleid door een stamoudste, die advies vroeg aan andere ouderen en de krijgers. Deze konden samen besluiten tot oorlog over te gaan of vrede te sluiten; de grootste tegenstanders van de Dineh waren de Pueblo, met wie veel strijd werd geleverd over de heerschappij over het land en het recht om er op de bizonkuddes te jagen. De Dineh kenden een religie die diepgeworteld was in en vrijwel exclusief bestond uit het geloof in de genezende werking van liederen, die vaak gezongen werden door een medicijnman. Men bad niet tot een god of geest, maar zong een bepaald lied om een specifieke ziekte te genezen; de onderwerpen van de liederen hadden vaak een mythische of gebedsachtige achtergrond. Er waren gezangen over de bergen, de bizons, het water en vrijwel alle andere zaken die in het leven van de Dineh belangrijk waren. In een lied wordt bezongen hoe een bepaald aspect van de wereld was ontstaan. Belangrijke verzen worden soms tot wel vier keer herhaald om hun werking te versterken. Tegenwoordig weten we dat er minstens vijfendertig genezingsgezangen geweest zijn, die samen meer dan vijfhonderd liederen bevatten die de medicijnman uit zijn hoofd moest leren. Naast de liederen maakten de Dineh ook zandschilderingen gebaseerd op de thema’s uit hun gezang. Zo’n schildering werd met verf gemaakt in het zand en was groot genoeg voor de zieke persoon om in te zitten of te knielen. Binnenin een cirkel werd dan het dier of het voorwerp getekend waarover het lied verhaalde en waaruit de patiënt de genezende krachten moest onttrekken met behulp van het gezang van de medicijnman. Ieder van de vijfendertig liederen had zijn eigen schildering.

More Information
Dimensions 1600 x 2000mm
  • Largest gemstone wholesaler in Europe
  • More than 165,000 various articles in stock
  • Fast delivery
  • Guaranteed competitive prices

Do you have a question? Please do not hesitate to contact us: