Pinolit "Augen" Anhänger aus Österreich

Naam voor een grafiet-gepigmenteerde steen, lichtgrijs tot bijna zwart dolomiet met insluitsels van witte magnesiet granen zo groot als als pijnboompitten (vandaar de naam). Soms gebruikt als decoratieve stenen.
Magnesiet is een ivoorwit mineraal, dat bestaat uit magnesium, koolstof en zuurstof. De chemische formule van magnesiet is MgCO3. Mooie exemplaren zijn moeilijk te vinden en zijn zeer gewild bij verzamelaars. De magnesiet heeft zijn naam te danken aan zijn belangrijkste component, magnesium. Magnesium is een element dat veel in de natuur voorkomt. Het mineraal komt voor in vaste, ondoorzichtige, microkristallijne massa's, die erg lijken op porselein. Het heeft een overheersende kleur, meestal grijsachtig of gelig wit. In het geval van goed gevormde kristallen is magnesiet kleurloos en doorzichtig, wanneer het zuiver is. Het is grauwgeel of gelig wit, en soms niet meer dan doorschijnend wanneer het onzuiverheden bevat. Dit zijn elementen zoals ijzer, mangaan of calcium, die het magnesium in het mineraal gedeeltelijk vervangen. In ultraviolet 'licht' vertonen de kristallen een sterke groenwitte of blauwwitte fluorescentie. De magnesiet word vaak verward met Calciet. Een betrouwbare identificatiemethode is de zout-zuurproef: als enkele druppels verdund zuur op het mineraal gaan bruisen, is het calciet. IJzer is een element dat vaak een deel van het magnesium in magnesietkristallen vervangt. Hierdoor verandert de kristalstructuur van het mineraal niet. Hierdoor komen in de natuur veel mogelijke samenstellingen voor die liggen tussen zuiver magnesiet (magnesiumcarbonaat) en sideriet (ijzercarbonaat). Zodra het mineraal meer dan 50% ijzercarbonaat bevat, beschouwt men het als sideriet. Er zijn in principe drie stadia: zuiver magnesiet, geel magnesiet en sideriet. Zuiver magnesiet bevat kleurloze, doorzichtige kristallen die erop duiden dat het mineraal geen ijzer bevat. Geel magnesiet heeft een gele kleur en geeft aan een relatief hoog ijzergehalte te hebben. Sideriet bevat een aandeel ijzer dat hoger is dan 50% en word dus niet meer gezien als Magnesiet. De magnesiet ontstaat in verschillende omgevingen. Het komt voort uit omzetting van stollings- en metamorfe gesteenten. Over het algemeen vormt het massieve afzettingen. De rijkste vindplaatsen van magnesiet bevinden zich in Spanje. Andere landen waar de magnesiet veel gevonden word zijn Brazilië, Italië, Oostenrijk, Polen en Rusland.