Flamingo Pen Annex Fingerpuppe

Flamingo Pen Annex Fingerpuppe

UFO -

UFO - "blurry" Puppen (Bestseller)

Mond- und Sternennacht "Glow in the dark" (24pieces)

Auf der Suche nach schönen Kindergeschenken sind "The Glow in the Dark" -Aufklebersätze in Museumsgeschäften, Mineralien- und Geschenkeläden ein echter Erfolg. Schön verpackt in einem kostenlosen Thekendisplay
SKU
8623
  • Kauf 72 für 0,75 € jeweils und spare 12%

Fosforescentie is een bijzonder geval van luminescentie. Het is het verschijnsel dat een stof na te zijn belicht in het donker nog een poos blijft nalichten. De term betekent ongeveer lichten als fosfor. Nu geeft witte fosfor inderdaad ook licht in het donker, maar bij deze stof wordt dit veroorzaakt door oxidatiereacties van de fosfor met zuurstof uit de lucht (het kan ook spontaan ontbranden), en heeft het licht dus een andere oorsprong. Fosforescentie kan ook optreden bij beschieting van een dergelijk materiaal met versnelde elektronen, zoals in een kathodestraalbuis. In de gebruikelijke nalichtende stoffen is het een gevolg van langzaam terugvallen van door bestraling met licht aangeslagen elektronen. Het feit dat dit langzaam gebeurt komt doordat het terugvallen van de elektronen naar de grondtoestand in de kwantummechanica een verboden overgang betreft.  Bij het bestuderen van fosforescentie ontdekte Henri Becquerel in 1896 het verschijnsel radio-activiteit. Op het verschijnsel fosforescentie werd gesteund bij het gebruik in bepaalde verf op de wijzers van sommige klokken of horloges. Fosforescentie moet worden onderscheiden van fluorescentie. Bij fluorescentie is bij het terugvallen van de elektronen geen verboden overgang betrokken, waardoor het in een veel kortere tijd zijn licht zal uitzenden.

Dinosauriërs of dinosaurussen (de eerste benaming is de correcte vertaling van Dinosauria, de wetenschappelijke naam van e groep) vormen een diergroep, behorend tot de Archosauria, die stamt uit het Mesozoïcum. De Dinosauria ontstonden ongeveer 230 miljoen jaar geleden in het Trias, als afsplitsing binnen de ruimere groep van de Dinosauriformes. De eerste dinosauriër was een kleine tweevoetige vleeseter. Die was de directe voorouder van de twee hoofdgroepen waarin alle andere dinosauriërs onderverdeeld kunnen worden: de Saurischia en de Ornithischia. In deze beide groepen ontwikkelden zich al snel ook plantenetende soorten. De dinosauriërs werden dominant tegen het eind van het Trias, toen op het land de meeste andere grote dieren uitstierven. Tijdens het hierop volgende Jura en Krijt waren de dinosauriërs 140 miljoen jaar lang de heersende landdieren, vermoedelijk de grootste die ooit geleefd hebben. Duizenden soorten, vleeseters en planteneters, ontwikkelden zich in allerlei vormen, mede door het uit elkaar bewegen van de continenten. De zeereptielen uit die tijd en de pterosauriërs, vliegende reptielen, waren echter geen dinosauriërs. Op het eind van het Krijt, 66 miljoen jaar geleden, stierven de meeste dinosauriërs uit, wellicht ten gevolge van een meteorietinslag. Nog levende dinosauriërs zijn de vogels. Sinds 1808 worden de uitgestorven dinosauriërs wetenschappelijk beschreven en de groep kreeg in 1842 haar naam, die "geduchte sauriërs" betekent. Tussen 1870 en 1925 werden veel dinosauriërfossielen ontdekt, vooral in Noord-Amerika. Daarna nam de belangstelling flink af maar sinds 1968 is er juist een aanzienlijke opleving van het onderzoek, de zogenaamde "Dinosauriërrenaissance". Met name in China en Argentinië zijn honderden nieuwe soorten gevonden. Er zijn sterk verbeterde inzichten verworven over hun verwantschappen, bouw en levenswijze. Vroegere populair-wetenschappelijke boeken over het onderwerp zijn hierdoor totaal verouderd geraakt. Door de vormenrijkdom aan dinosauriërs is het moeilijk typische eigenschappen van de groep aan te geven. Niet een bepaald kenmerk maakt een dier tot een dinosauriër maar het feit dat hij van de eerste dinosauriër afstamt. Behalve grote dinosauriërs waren en zijn er ook heel kleine. Dinosauriërs zijn reptielen en hebben een althans gedeeltelijk geschubde huid en planten zich voort door middel van eieren. Anders dan de overige huidige reptielen zijn de bestaande dinosauriërs, de vogels, warmbloedig. Onbekend en omstreden is in welke mate de uitgestorven dinosauriërs warmbloedig waren en over een verenkleed of vacht beschikten. Kleine soorten dinosauriërs hadden, ook als het geen vogels waren, vermoedelijk een hoge stofwisseling en verschillende van hun fossielen tonen de resten van veren of haren. De meeste wetenschappers denken nu dat alle dinosauriërs, ook de grootste, vrij actieve dieren waren in plaats van sloom of log, wat hun evolutionaire succes verklaart.

  • Größter Edelsteingroßhändler in Europa
  • Mehr als 165.000 verschiedene Artikel auf Lager
  • Lieferung innerhalb von 48 Stunden
  • Garantiert wettbewerbsfähige Preise

Hast du eine Frage? Bitte zögern Sie nicht uns zu kontaktieren: